Weidevlekoog

Donderdag 8 juni 2017
Met Marja ga ik weer het Westelijk tuinbouwgebied inventariseren op insecten. Algemeen is de Melieria omissa, een prachtvlieg.

De spitskopjes (sprinkhaansoort) doen het goed dit jaar.

Helmkruid staat aan de oever van een slootje.

Op het Ramplaanspad zien we de kleine zeefwesp.
Belangrijk is dat ik de wantsen dit jaar doorgeef aan waarneming.nl, want ze willen een wantsenatlas maken. Dit zijn Heterogaster urticae wantsjes.

We gaan verder naar het Houtmanpad, waar een vrouw distelboktor zich verschuilt achter een stengel. Het vrouwtje is groter en bruiner dan het mannetje die we later nog tegen komen.

Kleine vliegjes kunnen zulke grote ogen hebben dat hun kop alleen uit oog lijkt te bestaan.

Ik vind het leuk dat ik de naam van deze lange dunne wesp heb gevonden. Het is de Calameuta filiformis.

Een koppeltje viltvliegen. Ik kan ze mooi fotograferen omdat ze op het kleefkruid zitten 😉

Groot dikkopje.

Dit vindt Dik leuk: een larf van een distelschildkever met poep op zijn rug als camouflage.

Veel brandnetelmotjes hier.

Ik wist niet dat er zweefvliegen waren met vlekken op hun ogen. De weidevlekoog heeft dat dus wel.

Vrouwtje van de grote groene sabelsprinkhaan.

De bovenste 2 roodoogjuffers zien we eerst boven water, maar ze zakken steeds verder naar beneden, waar nog een roodoogjuffer zit. Ze kunnen wel een uur onder water blijven zegt Marja.

Misschien zakken deze 2 ook al verder naar beneden, maar nu heb ik nog even mooi de weerspiegeling er bij.

Bij thuiskomst vliegen er 2 grote narcisvliegen in mijn tuin.

Verder zit er een klein vlindertje op het raam, de oranje oogbladroller. Hij vliegt naar de zwarte brommerkoffer, gelukkig kan ik hem volgen, want het is een mooi vers exemplaar.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.