Bijeneters

Dinsdag 27 mei 2025
Met Audrey ga ik op zoek naar de bijeneters. Als we staan te praten zie ik ze wel vliegen ver weg.

Er staan niet veel mensen op het wandelpad waar we ze dichterbij zouden kunnen zien en opeens vliegen ze boven ons en kon ik snel 1 foto maken.

Dan vliegen ze weer naar de boom waar ze steeds zitten.

Ingezoomd zie je de bijzondere kleuren.

Zelfs de duingrond is hier kleurrijk.

Terugfietsend wil Audrey een plant beter bekijken, het blijkt moerasandijvie te zijn. Dat komt zeker omdat het hier onder water heeft gestaan.

Naast het fietspad rood guichelheil.

En greppelrus.

Al met al een kleurig dagje.

NPZK-dag

Vrijdag 23 mei 2025
Er is een dag voor vrijwilligers die in het NPZK werken. Na de lunch gaan we op pad en leuk dat ik bij de insecten ingedeeld ben. Iemand ziet een oude gal van een rozengalwesp. Ik heb ze niet eerder gezien met zulke grote uitgangen.

De andere groepen zijn naar het grote veld gegaan, wij gaan linksaf langs het water.

Waar we een mediterrane prachtblindwants zien.

Zouden die kleine stekeltjes van de heermoes straks de takjes vormen?

Piet ziet een pietluttig klein vlindertje op de gewone ereprijs. Een dotterbloem/oermotje.

Ik weet niet of iemand dit nest heeft opengelegd, wel mooi om te zien. Het zijn weidehommels.

Ik loop met een vrouw te kletsen, dan zeg ik dat ze stil moet staan, want er zit een mannetje zandhagedis op een kaal plekje. Ik heb alleen mijn telelens mee, dus moet ik flink afstand nemen voor de foto, gelukkig blijft hij even zitten.

Die vrouw zegt dat er bijeneters bij het Spartelmeer vliegen en die wil ik wel heel graag zien. Ik vraag of Audrey mee gaat. We kijken in de vogelhut, waar meer mensen zijn, die ze ook nog niet gezien hebben en nog niet zien. Dan maar naar de vogelhut bij het Vogelmeer, waar heel veel gierzwaluwen vliegen. Daarom is de kans om er een te fotograferen toch groter en daar ben ik ook blij mee.

Heel veel aalscholvers daar en ze broeden daar, dus er komen er nog meer.

Een dodaars komt naar de hut zwemmen en dat is geweldig voor de foto.

Verder door de duinen komen we langs een meidoorn met meidoornstippelmotspinsels, maar zoveel dat ze de hele omgeving bedekken. Zelfs een veldhondstong onder de boom is helemaal bedekt.

Peterselievlier

Woensdag 21 mei 2025
Met Nico ga ik naar het afvalbrengstation en van daaruit fiets ik door Spaarnwoude. Ik kijk daar in de sloten of ik nog kroosvaren zie. Dat niet, wel staat er veel bloeiend timoteegras in de berm.

Een grote struik vlier, maar geen gewone, want de bladeren zijn heel anders. Het is een peterselievlier.

Ik fiets tussen de weilanden door. Gelukkig staan er allerlei bloemen in het gras, dat is goed en geeft meer kleur.

Bij de peddelpoel hebben de 2 Canadese ganzen 3 jonkies, daar letten ze dus goed op.

Nog best veel kluten op het landje van Gruijters.

Een kokmeeuw probeert een blauwe reiger weg te jagen en op een gegeven moment lukt dat ook.

Zoals elk jaar weer vechtende bergeenden.

Morgenster

Dinsdag 20 mei 2025
Tja, met maar 1 koolwitje op mijn vlinderroute over de oude spoorlijn, ga ik liever naar de planten kijken. Alhoewel de papaver is uitgebloeid is het toch een pracht.

Pluis van de morgenster. De zaden lijken wel van goud.

Samen met Audrey tel ik de vlinders bij het Kennemermeer. Ook niet veel dagvlinders. De lichte daguil zie ik hier vaker, het is een nachtvlinder die je overdag ziet vliegen.

Vorige week vloog er een man oeverlibel op sectie 2, nu een vrouwtje.

Het tienstippelig lieveheersbeestje is variabel, mooi zo met die grote rode stippen.

Heen in volle bloei.

De heggenrank staat bij de uitgang, alleen staat er zoveel brandnetel dat het bijna niet te zien is. Gelukkig wel gevonden.

De kleine haakjes op het kleefkruid glinsteren in de zon.

Op en in het parkeerhok zitten een paar nachtvlinders, o.a. het grasbeertje.

Binnen zit de satijnstipspanner.

Grauwe monnik

Maandag 19 mei 2025
Voordat de excursie begint ga ik toch even koekeloeren bij het parkeerhok en daar wacht me een verrassing: een grauwe monnik, leuk voor de excursie straks.

Als ik met de mensen daar ga kijken zie we ook een zwartvlekdwergspanner en aan de achterkant van het hok een zuringuil.

In het gebied het eerste geelhartje.

Ik schreef het al: veel soorten zegges in het gebied, dit is de zandzegge.

’s Middags zou ik ook nog schelpen tellen, maar dat valt in het water doordat ik migraine heb.

Gele lis

Zondag 18 mei 2025
Bij het Kennemermeer ga ik kijken naar grassen en naar planten, alvast voor de excursie morgen. Op de slagboom verstoppen twee schorsmarpissa’s zich, na even wachten komen ze gedeeltelijk tevoorschijn.

Een Duitse wesp komt daar steeds terug om hout te verzamelen voor haar nest.

Komkommerspinnen zijn opvallend groen.

Bij tweerijige zegge zitten de mannetjes en vrouwtjes een beetje door elkaar heen. Elk urntje heeft 2 vrouwelijke stempels.

Toch knap dat het me opvalt dat er een rups van de hageheld op die zegge zit.

Een giga segrijnslak, bovendien vermoed ik dat er een slakkenhuisbijnest in zit omdat de binnenkant dicht zit met grond.

Geinig dat ik weer een pauwoogpijlstaart zie zitten die net uit de pop is.

Een volwassen bruine kikker.

Mannetje rietkruisspin in het pluis van de veenpluis.

Ook komt er pluis van de wilg.

De stempels van de zachte haver zijn net veertjes.

Het hele veld staat vol met knopbies, alleen veel meer verspreid dan een paar jaar geleden.

De mannelijke aar van de zeegroene zegge is net een ruige baard.

Klein maar fijn is de vlozegge.

Ik heb al zoveel gele lis langs sloten gezien, dus hier ontbreekt het ook niet.

Bij de paddenpoel is een heuvel die ziet helemaal roze van de ijle dravik.

Ik ga nog bij de bokkenorchis kijken of het nog wat geworden is. De lange slippen zijn eerst opgerold, nu waaieren ze uit.

’s Avonds gaan we uit eten omdat we 53 jaar getrouwd zijn.

Zeewinde

Zaterdag 17 mei 2025
Voordat we het strand op gaan bewonderen we de zeewinde, deze is langs de kust niet zeldzaam.

Op het strand een ‘meisjes’oorkwal in het roze.

Een bot is goed te onderscheiden van de andere platvissen door de spierwitte onderkant.

De zon weerspiegeld in het water.

Vaak vinden we hoopjes schelpen en andere dingen bij elkaar gebonden door de byssusdraden van de mossel. Bovenop een rechtsgestreepte platschelp, alleen op de rechterklep zitten schuine streepjes.

Een grijze tapijtschelp ligt voor mijn voeten, die neem ik mee.

In de holtes van de pier zitten de laatste jaren steeds paardenanemonen.

Met Audrey ga ik bij de jachthaven kijken of we zeelathyrus kunnen vinden. Nu ik me meer wil verdiepen in grassen valt me de schoonheid hiervan steeds meer op. Dit is zachte haver.

Welriekende salomonszegel.

Die begint zo perfect.

Vleugeltjesbloem

Donderdag 15 mei 2025
Bij het Kennemermeer staan vele soorten zegges. Hier heb ik zilte zegge, in het Latijns: Carex distans en dat is wel herkenbaar omdat de aartjes vrij ver uit elkaar staan.

Het veenpluis heeft zich verspreid over 2 grote stukken en daaromheen ook nog hier en daar. Het voelt heel zacht.

Vleugeltjesbloemen kunnen allerlei kleuren hebben, wit, blauw, paars en roze.

De echte koekoeksbloemen staan in het natte gedeelte.

Op sectie 1 komt net een man platbuik aan vliegen en gaat voor de foto mooi zitten.

Op sectie 2 een man oeverlibel, zo kan ik gelijk het verschil tussen platbuik en oeverlibel aan Audrey laten zien.

Staartmeesjes

Zondag 11 mei 2025
Bij het schelpen tellen kijk ik naar de visdiefjes en maak een foto, later zie ik hoe gigantisch groot de zilvermeeuw is in vergelijking met de visdiefjes en de dwergsterns.

Ook zie ik 2 kanoeten, prachtig in zomerkleed.

Ze lopen tussen de drieteentjes die ook in zomerkleed komen.

Een levende havenpissenbed, ook wel weer eens leuk op het strand.

Met Audrey ga ik vlinders tellen bij het Kennemermeer. Bij de ingang staat een kardinaalsmuts die helemaal vol zit met spinsels van de kardinaalsmutsstippelmot.

Een roodbandbeer staat ook op onze lijst om te tellen.

De insecten ontgaan me niet, hier een moerasweekschildkever.

Ik ben er al langs gelopen, gelukkig ziet Audrey de 2 parende argusvlinders, daar zijn we blij mee.

Bij de uitgang van het parkeerterrein zitten 2 staartmeesjes hoog in de bomen, de ene heeft rupsjes in de bek en vliegt er mee weg. Misschien is daar een nest.

De ander zit er nog steeds.

Smaragdlibel

Zaterdag 10 mei 2025
Met Audrey loop ik de vossendel. De vuurjuffers vormen een tandem, maar er is nog een mannetje bij gekomen, die houdt het parende mannetje ook in zijn nekvel vast.

Dat lukt dus niet en hij houdt het voor gezien, zodat ze rustig verder kunnen gaan.

De zandtijgers, dus de langpootvliegen hebben een wirwar aan poten.

Zo klein is de gewone borstelboktor.

Nog steeds wil ik de smaragdlibel op de foto zetten en we gaan naar de vijver van hotel Duin en Kruidberg. Best veel huidjes hangen er, dus ze moeten wel ergens rondvliegen. De foto is niet perfect, maar ik heb hem, met zijn felgroene ogen.

Nog een rietkever op het riet.

Buxusmotrups

Vrijdag 9 mei 2025
Ma kruisspin heeft een groot gezin gesticht in mijn tuin.

Ik loop de vlindertelling over de oude spoorbaan, dat levert slechts 1 soort op: klein koolwitje, op de heenweg 4 en terug 10 stuks. Gelukkig zie ik nog een mooie kever: de voorjaarsgoudhaan.

In Thijsse’s hof wordt er een lezing over vlinders gehouden voor de beginnende vlindertellers. Ik hoor daar niet bij en kom na afloop even kijken. Eerst maak ik een rondje in het hof. Bij het watertje staat een hele grote zegge, welke zegge is niet goed te zeggen, misschien moeraszegge of oeverzegge.

En in het water lidsteng, die ik wel herken.

De mensen komen uit het gebouw en dan kan ik hen gelijk het vrouwtje van het oranjetipje laten zien. Die zit op torenkruid, nu weet ik ook gelijk wat dat is, want nooit eerder gezien.

Half onder een blad verscholen zit een buxusmotrups.

Met Audrey loop ik nog een rondje door het park. Bij de knolsteenbreek staat de naam op een bordje, maar ik dacht dat hetzelfde was als Haarlems klokkenspel, deze ziet er heel anders uit.

Met Audrey fiets ik terug door de duinen.

Vlucht regenwulpen

Donderdag 8 mei 2025
Voordat ik naar het strand ga wil ik nog bij het laksteeltje kijken. Daar kom ik bloeiend straatgras tegen, heel algemeen, maar ik vind grasjes geweldig.

Jammer dat ik het muziekkorps niet heb horen spelen.

Hertshoornweegbree in bloei.

Het laksteeltje is toch wel heel klein, gelukkig staan er veel.

Op het strand liggen veel oorkwallen. Het verschil van mannetje met vrouwtje is dat de mannetjes witte ringen hebben en de vrouwelijke kwallen roze.

Wow, 30 regenwulpen vliegen over.

Ik sta op de pier en op het strand zijn heel veel visdiefjes. Er komen 11 andere vogels bij staan en als ze even later opvliegen komen die over de pier. Dan zie ik dat het kanoeten zijn.

De visdiefjes zijn aan het vissen.

Daarna ga ik naar de jachthaven waar ik op zoek ben naar de slanke mantelanjer. Niet gezien. Een gele kustspanner vliegt steeds een stukje verder en blijft me dan even aankijken, haha.

Bij de jachthaven tegen de pier aan groeit strandbiet een zeevenkel.
De bloemetjes van oorsilene piepen al tevoorschijn.

Het soldaatje op de Heerenduinweg staat er prachtig bij.

Af en toe spot ik hier een argusvlinder.

Jammer dat de bokkenorchissen te lijden hebben van de droogte. Ik geef ze wat water, maar veel zal het niet helpen. Van de winter zijn heel veel rozetten geteld en ik zie er nu maar 3 bloeien.

Nou ja, ook nog een esperiamot in mijn tuin, wat heb ik veel gezien vandaag!

Lepelaars

Maandag 5 mei 2025
Er is altijd wel wat te zien bij het Vogelmeer. Nu staan er 3 lepelaars op het eiland met een aalscholver er bij.

Een kievit vlak langs me vliegend.

Watersnuffel die even van de zon geniet.

Ik fiets richting Kattendel. Hier zitten vaker roodborsttapuiten, alleen heb ik nog nooit eentje gezien met zoveel wit in de vleugels.

Het wildwesten in de duinen.

Ik ben blij dat ik weer een akelei in mijn tuin heb, toen ik hier kwam wonen 53 jaar geleden waren ze er al. Een paar jaar niet gezien en nu aan de andere kant van het tuintje.

Bremschildwants

Zaterdag 3 mei 2025
Ik ben op weg naar de pier, op de Kromhoutstraat zie ik van alles, dus het is de vraag of ik de pier wel haal. Een viervlekkig Aziatisch lieveheersbeestje op kardinaalsmuts is dieprood.

Ik kan me niet herinneren of ik de bremschildwants eerder heb gezien.

De rups van de bastaardsatijnvlinder heeft iedereen wel eens gezien denk ik.

De rupsen van de kardinaalsmutsstippelmot maken zulke grote spinsels in de bomen.

Een bladwesp met de mooie naam “Aglaostigma fulvipes” op braam.

En nog een gouden slakkenhuisbij op de bloem van de braam.

Ik heb de pier toch nog gehaald en dat is mooi want ik zie 2 regenwulpen.

Verderop nog een bontbekplevier.

Hiervandaan uitzicht op het kleine strand met de strandhuisjes en daarachter een cruiseschip.

Terug bij het begin van de pier staat er nog één regenwulp, de ander is gevlogen.

Ik ga schelpen tellen met de andere dames, maar houd de visdiefjes wel in de gaten. Best een grote vis voor zo’n visdief.

Heel veel visdiefjes, geen enkele dwergstern, zwarte stern of grote stern ertussen.

Het is weer tijd voor zeedruifjes.

Grote venusschelp en die oranje stipjes zijn baby-zeesterretjes.

Tjiftjaf

Vrijdag 2 mei 2025
Samen met Audrey tel ik vlinders bij het Kennemermeer. We zien 3 damherten en 2 daarvan staan elkaar te liefkozen. Toch is het niet leuk dat ze in het gebied lopen, want ze lusten heel graag orchideeën.

Ik dacht dat de rupsen met die lichte haren dat dat kleine beren waren, maar met die knobbels zijn het toch grote beren.

Het is een tjiftjaf, want we hebben hem gehoord 😉

Hierom vind ik de grassen en biezen zo mooi, dit is gewone waterbies.

Zwarte zandtijger

Woensdag 30 april 2025
Op de vijver van Velserbeek is een vrouwtje met haar achterlijf op het water aan het tikken op eitjes af te zetten. Als ze na het werk aan de kant gaat zitten kan ik foto’s nemen en het blijkt een zeldzaam soort te zijn: de zwarte zandtijger.

Ik ga door naar Beeckestijn voor het Haarlems klokkenspel, het staat er volop.

Er komen al hele kleine peertjes van de Gieser Wildeman tevoorschijn.

De Franse veldwesp is een vriendelijke reus.

Hij van het beeld tilt haar op zodat ze de blauwe reiger ook kan zien.

De donkere ooievaarsbek staat nog op hetzelfde plekje als altijd.

In Schoonenberg ben ik even afgestapt, dan zie ik iets vliegen wat landt in de boom. Ik er op af en wat een geluk dat het de smaragdlibel is, helaas maar één foto kunnen maken.

Bruine winterjuffer

Dinsdag 29 april 2025
Ik ga het weer proberen bij de vijver van Velserbeek. Er zwemmen heel wat dikkopjes en op het takje zitten grote en kleine schaatsenrijders.

Het is een heel goed jaar voor vuurjuffers.

De bruine winterjuffer heeft alleen in het voorjaar blauwe ogen.

’s Middags ga ik mijn vlinderroute voor de deur tellen. Zachte dravik bloeit en omdat ik de grassen zo mooi vind heb ik me aangemeld voor een grassencursus.

Er zijn verschillende netwantsen en een daarvan zou op bijvoet zitten, dus even goed kijken en ja hoor, daar is ie.

Huidjes smaragdlibel

Maandag 28 april 2025
Ik ga naar de vijver van hotel Duin en Kruidberg in de hoop een smaragdlibel op de foto te krijgen. Ik zie wel larvenhuidjes, de vliegende smaragdlibellen laten zich niet zien. Overal zitten wel nijlganzen met jongen, dus hier ook.

Dit plaatje kan zo in een reclamefolder.

Ze zijn best lelijk die babywaterhoentjes met hun uitpuilende ogen en dan hebben ze ook nog van die lullige vleugeltjes die omhoog steken.

Weer een andere schietmot dan de geaderde: Tinodes waeneri.

Ik fiets door naar het vijvertje van Velserbeek, misschien zijn daar vliegende smaragdlibellen. Het is net of de meerkoet in de lucht zweeft.

Ook hier huidjes van de smaragdlibel.

Zo sneeuwwit is het vogelmelk dat hier staat.

Muurbloemen

Zondag 27 april 2025
Voordat ik naar de excursie van IVN ga zie ik Izzy nog net onder de sering liggen op het schuurdakje.

De excursie is bij de ruïne van Brederode, waar de zeldzame muurbloem welig tiert.

Ik vind korstmossen fascinerend.

Nogal grijs kauwgommos, meestal is het witter en kleiner.

Doorkijkje van het kasteel.

Leuk verhaal gehoord over de muurleeuwebek, het plantje duwt de zaadjes in de muren.

De gelobde citroenkorst is prachtig.

Marja van IVN wijst het zeldzame duinbekermos aan.

De kleine pimpernel bloeit en dit is de vrouwelijke vorm.

Muurbloemen voor het kasteel.

Mooie gele bloemen.

Audrey en ik gaan daarna nog vlinders tellen bij het Kennemermeer. Reukgras ruikt echt lekker als je de steel een beetje kneust.

Op sectie 7, de heivlinderduin, staan 2 pollen met gulden sleutelbloem.

Gele kwikstaarten

Zaterdag 26 april 2025
Met Audrey ga ik vlinders tellen bij de Vossendel. Grappig dat zij een boom ziet waar ik nooit naar gekeken heb, ook al is die heel apart. Het is een Tartaarse kamperfoelie, die hier helemaal niet thuis hoort. Onder de roze knoppen zit ook nog een bloesemboktor.

De gewone bandspanner zullen vast nog wel vaker tegenkomen, maar deze is zo mooi vers.

Een grote zweefvlieg op de boom waar vaak insecten op zitten. Het is de populierenwoudzwever.

De mannetjes van de eik zijn wel herkenbaar.

De vrouwelijke bloem ziet er heel raar uit.

Ik wil zo graag de smaragdlibel op de foto zetten en bij de tankval richting Driehuis zou de kans groter zijn dan bij het weiland van de Vossendel. Schildpadden zitten daar genoeg, zelfs stapels. Bij de middelste kan je zien dat die zijn schild aan het vernieuwen is.

Geen smaragdlibel, wel een lachebekje geelbuikschildpad.

We fietsen door naar de Cremermeerroute die we ooit nog eens willen tellen, mocht het water zakken. De Engelse kwikstaart loopt al op een droog stukje, dus wie weet.

Nu niet de bosruiter, maar de groenpootruiter die daar loopt.

Ik dacht dat de Engelse kwikstaart in het bosje was gevlogen, deze kleuren lijken veel meer bij een gele kwikstaart te passen. Beetje vreemd dat ik opeens 2 gelige kwikstaarten zie, terwijl ik die anders vrijwel nooit zie.

De zomertaling in volle glorie.

De achterste gans heeft een groene halsband en die geef ik door aan de ringer. Dit stelletje heeft 5 pullen en daar in de buurt is nog een stelletje met 4 pullen.

Waterdrieblad

Vrijdag 25 april 2025
Giel vroeg al een paar keer of ik zijn tuin wilde komen bewonderen. Nu de blauwe regen volop bloeit is dat meer dan de moeite waard, wat een rijkdom.

De mooiste bloem heeft het waterdrieblad vind ik.

Wat een weelde zo’n tuin.

Maar ik moet ook nog eens vlinders tellen op de oude spoorlijn. Daar staat look-zonder-look en dat herken ik niet direct omdat ik het daar niet verwacht.

Het is weer tijd voor weekschildkevers en ja hoor, de bleekgele weekschildkever laat zich zien.

Er is door de gemeente eerdere jaren kattenkruid in de grote plantenbak gezet. Helaas is die bak helemaal overwoekerd door gras, alleen staat hier en daar nog een plantje kattenkruid.

Zo klein en fijn is veldsla.

Ik wist niet dat er ook nachtwolfspinnen zijn, maar dit is er dus een.

Dit vind ik zo mooi van de zeeden.

En de bladsnuitkevertjes mogen er ook zijn met die wonderlijke kleuren.

Tapuit

Woensdag 23 april 2025
Ik ben al een tijdje niet meer op de pier geweest, vooral omdat er niet zoveel te zien was. Een tapuit is dan wel weer leuk om te zien.

Gelukkig zijn de visdiefjes weer terug en wat een hoeveelheid zeg, ik schat een stuk of 250.

De kleine mantelmeeuwen hebben een varend restaurant gevonden.

Bij de bushalte staat bloeiend knopherik.

Pareltjes

Maandag 21 april 2025
Het is een hele tijd droog geweest en uitgerekend vandaag zou er een flinke bui komen als we bij het Kennemermeer lopen. Gelukkig valt het enorm mee en juist vanwege de regen zien we de spinnenraggen van de rietkruisspinnen en dat zijn er heel veel.

Een spin heeft er een collier van gemaakt met pareltjes.

De zilte zegge staat vol in bloei.

Totaal onverwacht vindt Marja zelfs een duinmorielje.

Leuke mossenexcursie

Zondag 20 april 2025
Er is een mossenexcursie van het IVN bij Bleek en Berg. Marja weet heel veel van mossen, dus dat wordt heel leuk. Het is allemaal heel klein. Op de foto is links een bolletje, als dat openklapt wordt het een sterretje zoals aan het eind van het steeltje. Het is gedrongen kantmos.

In het oog springend gaffeltandmos.

Groot duinsterretje met glasharen aan het eind van de blaadjes.

Vrouwelijk zandhaarmos. Het heet haarmos omdat er haren zitten aan het huikje.

Grijs bisschopsmuts is vrij zeldzaam.

Met Audrey ga ik vlinders tellen bij het Kennemermeer, een bont zandoogje gaat even keurig voor de foto zitten.

Op het heivlinderduin bloeit de ruwe gierstgras.

Terug fiets ik langs de gele ribes.

Larven zeester

Zaterdag 19 april 2025
Izzy zit zich lekker te wassen op Nico zijn nieuwe brommer.

Voordat ik naar het strand ga wil ik eerst even kijken hoe de laksteeltjes er bij staan. Ja hoor, ze staan al te bloeien en Jelle komt nieuwsgierig met me meekijken.

Marja geeft mij op het strand een stuk zeesla en ik zie daar hele kleine zeesterretjes op, nog geen 2 mm groot.

Bij het koffiedrinken loopt een zandviltvlieg zo in de weg dat hij zeker op de foto wil.