Rups slakrups

Zaterdag 12 oktober 2024
Met de KNNV ga ik mee op zoek naar gallen bij het Visserspad. Dik weet al vrij snel een eikje te staan waar hij gallen op weet te zitten. Maar wat een ontdekking: hij ziet een rups van een slakrups, wat geweldig. Altijd al eens willen zien en er zitten er zelfs twee!

Gallen van de beukenhaargalmuggen op het blad van de beuk.

In een eerder stadium zien ze er zo uit. Het is niet de onderkant van het blad, want dat ziet er uit als kleine verdikkingen op het blad.

Een witte kluifzwam waar nog niet aan gekloven is.

Op een armtierig struikje van de zomereik zitten twee rupsen van het kroonvogeltje.

Andere kleuren dan bij de rupsen bij het Kennemermeer, dit is na meerdere vervellingen. Ze zijn ook groter.

Satijnknoopgallen van de knoopjesgalwesp. Hiervan zijn 2 generaties. In het voorjaar hebben de gallen mannetjes en vrouwtjes en bij deze satijnen gallen zijn het alleen vrouwtjes.

We komen bij een stukje met veel mossen. Onder andere zomersneeuw, ook een Cladonia-soort.

Nog niet zeker of dit het gevorkte heidestaartje is, maar deze herken ik wel gelijk als een Cladonia-soort.

Net als het vals rendiermos.

Nu ik toch op het Visserspad ben fiets ik langs Zandvoort terug door de duinen. De andere kant van het tunneltje is nu ook beschilderd door Joost Zwanenburg. Prachtig gedaan.

Als ik het Vogelmeer voorbij ben zie ik een kudde koniks links van het pad. Twee koniks hebben even rust nodig.

Sikkelsprinkhaan

Maandag 23 september 2024
De brede wielwebspin zit op een grasje waarvan ik de naam wel zou willen weten.

Galletjes van de schietwilgwratmijt op schietwilg.

Het is dat ik niet weet of ik volgende week nog vlinders kan tellen vanwege het weer dat ik vandaag toch ga tellen. Het is 19 graden, dus de temperatuur valt nog mee en de wind ook.

De sikkelsprinkhaan zie ik al vaker hier bij het Kennemermeer. In 2004 kwamen de eerste 3 exemplaren in Noord-Holland.

Nog een zuidelijke soort: de grauwe schildwants. De eerste melding is van 2005.

De rups van de kleine beer kijkt of de andere kant van het dorre blad sappiger is.

Rups kroonvogeltje

Maandag 16 september 2024
Met een fraaie wolkenlucht belooft de excursie bij het Kennemermeer bijzonder te worden. We vinden al snel rupsen van de wapendrager. Bij mijn favoriete berkenboom zie ik een rups van een kroonvogeltje, wow, prachtige vondst. De kop is naar de rug gekeerd.

De anderen zijn daar zo lang aan het bewonderen en fotograferen dat ik nog van alles zie, zoals een groene stinkwants.

Een slakkendodervliegje met een geweldige naam: rooddijtantesidonia.

Gal in de watermunt, door de watermuntbloesemmijt.

Als ik ga kijken of ze klaar zijn met het kroonvogeltje ontdek ik onder een blad ook nog een rups van een Meriansborstel. We gaan nog net niet uit ons dak.

De rupsen van wapendrager zijn altijd heel harig, deze heeft zijn wilde haren verloren waardoor het patroon zichtbaar is.

Overblijfsel van een nog bloeiende kattenstaart.

Topexcursie, helaas met maar 6 deelnemers, inclusief ikzelf.
Bij het koffiedrinken op het terras komt er nog een terrasjeskommazweefvlieg op mijn schoot zitten.

Scheefbloemwitje

Zondag 8 september 2024
Aan de binnenkant van het parkeerhok bij het Kennemermeer zit een zwartvlekdwergspanner.

Een heidelibel met sprankelende vleugels.

Parnassia’s, het paradepaardje van de duinen.
Ook al loop ik steeds met mijn zware lens te sjouwen ik ben blij dat ik hem bij me heb als ik 3 paapjes zie.

Ik mag wel opschieten met de vlindertelling, het is weer erg bewolkt.

Telelens weer nodig voor het scheefbloemwitje want die is te verwarren met klein koolwitje.

Vlinders

Vrijdag 6 september 2024
In de kruidentuin van Beeckestijn zitten dus de vlinders die ik op mijn routes mis. Een distelvlinder op stijf ijzerhard.

En ook hommels, waaronder de aardhommel op wilde bergamot.

Ik denk een akkerhommel op gecultiveerde koninginnenkruid.

Een dagpauwoog en gehakkelde aurelia op ijzerhard, die is wel heel aantrekkelijk voor vlinders.

Hoe verzinnen ze het: wat een gekke bloemetjes heeft wijnruit.

Altijd favoriet is de karmozijnbes.

Vooral de vruchten van Canna indica zijn bijzonder.

Wingerd

Woensdag 4 september 2024
Als ik met Nico S de vlinderroute loop bij de Vossendel zie ik een hangplant hoog uit de bomen komen. Ik weet niet wat het is. Nico zegt dat het een wingerd is volgens de app.

We zien niet goed wat er aan de takken hangt van de roos. Dichterbij bekeken zijn het rozenmosgallen, veroorzaakt door een wespje.

Een wijngaardslak als koorddanser op een heel dun takje.

De kleine vuurvlinder is altijd wat laat in het seizoen.

Een wantsensluipvlieg op koninginnenkruid.

Een weekschildkever Anthocomus rufus, een vrouwtje.

Zuringwantsen kruipen bij elkaar.

Op het weiland een dagpauwoog.

Thuis zit een heel klein bont gaasvliegje in de keuken.

Zwervende pantserjuffers

Zondag 1 september 2024
De mannetjes van de puntbijvlieg proberen een vrouwtje te verleiden, maar zij is net met het eten bezig, dus even geen tijd.

Zwervende pantserjuffers staan nog als vrij zeldzaam, hier vliegen er tientallen en ze zijn flink aan het paren.

Daarna moeten er eitjes gelegd worden, waarbij het mannetje het vrouwtje nog vasthoudt in haar nek.

Ze kan het ook alleen af.

De zuigbuis van de kleine parelmoervlinder steekt in de bloem van koninginnenkruid.

Twee bulten van kameeltje

Vrijdag 30 augustus 2024
Nogmaals naar het Kennemermeer, je weet maar nooit of het kameeltje weer tevoorschijn komt. Klein koolwitje is niet zo moeilijk te vinden, toch zijn er weinig dit jaar.

Ik vind het zulke schatjes die hommelbijvliegen, hier op watermunt.

Twijfel slaat toe, is dit nou een mier of een wespje? Obs zegt dat het een steekmier is.

De kop van de rups van de witvlakvlinder is nu goed te zien. De borstels zijn wat geler ook.

Wat een prachtkleed heeft deze buizerd.

De groefbij lijkt wel kniewarmers aan te hebben, zo koud is het nog niet.

Vrouwtje sabelsprinkhanendoder heeft rode poten, bij het mannetje zijn ze zwart.

Bessenbandzweefvlieg snoept van de heelblaadjes.

Gewone bandspanner is zo gewoon dat ik deze het hele seizoen al meerdere keren heb gezien.

Nimf van de zuringrandwants.

Ik ga nog eens heel goed kijken of ik de rups van het kameeltje zie en ja hoor. Groter geworden, de 2 bulten zijn goed te zien en wat een kleuren!!

Bloemvlieg

Donderdag 29 augustus 2024
Bij het Kennemermeer ga ik nog eens kijken of ik de rupsen van het kameeltje nog kan vinden. Bij het begin van het pad hebben de jonge nimfen en de nimfen van een vervellingsstadium verder elkaar opgezocht.

Alweer een rups van de witvlakvlinder. Ik kan nu een betere foto maken van deze schoonheid.

Deftige streepjes heeft de bloemvlieg Hydrophoria lancifer op het borststuk.

Geen rups van het kameeltje, maar van de kleine beer.

Nog meer rupsen

Maandag 26 augustus 2024
Een zandslak is vrij zeldzaam, maar niet in deze omgeving. Bij het stationnetje zit er één, maar anders zie ik er wel eens honderd bij elkaar.

Weer speuren op de bijvoet, het lijkt een takje, maar het is een rups van de gewone spikkelspanner.

Niet zoveel rupsen van de absintmonnik als vorige week.

Ze zijn er nog wel, met een mooi patroon.

Zo leuk dat ik hier een nimf van de zuidelijke groene schildwants zie.

Een luzernesierblindwants op bijvoet.

Rups kameeltje

Zondag 25 augustus 2024
Ik red een sluipvlieg, Cylindromyia brassicaria, uit het water in de tuin. De larven van de vlieg parasiteren op (bessen)schildwantsen.

Vrolijk word ik van een distelvlinder bij het vlinders tellen.

Bijenwolf die zijn antennes schoon maakt met zijn pootjes. Op de leuke bloemetjes van koninginnenkruid.

De poten van de strekpoot strekken zich uit voorbij het blad.

Geweldige ogen heeft de sprinkhaanvlieg.

Een hele verse kleine parelmoervlinder.

De bruin winterjuffer overleven de winter als imago. Best wel harig op kop en borststuk.

O, wow, bij de laatste sectie zie ik iets wits en bij nader onderzoek zit daar een rups van een kameeltje. Een larf van de bladwesp Pristiphora spec komt om het hoekje kijken.

De rups vreet de hele wilg kaal. Bijzondere kop en een raar gevormd lichaam.

Met de fiets ga ik naar secties 1 en 2, daar doen de zandroofvliegen een kunstje, hihi.

Bij mijn fiets staat bijvoet, dus even kijken of er een rups van de absintmonnik op zit. Ja dus.

Rups witvlakvlinder

Maandag 19 augustus 2024
Bij de excursie bij het Kennemermeer laat ik bloeiend zomprus zien. Wonderschoon.

Op valse voszegge zitten 2 nimfen van de gewone pantserwants.

Op weegbree nog één, maar dan in een jonger stadium.

De lijkenvlieg heeft een lichte snuit naar voren.

De moerasgrasmot heeft enorme palpen voor aan de kop.

Man zuidelijk spitskopje op heelblaadjes.

Uitgesproken kleuren van de gehakkelde aurelia. Rechts van de vlinder vliegt een bijvlieg.

Als we bij de uitgang komen zie ik op de els 2 vrouwtjes van de gewone kielwants met nimfen, altijd leuk om die te laten zien.

Na het koffie drinken ga ik met Irene en Marij naar de strandduinen, alweer voor de wolfsmelkpijlstaartrups die we al heel snel vinden. Dat komt ook doordat er best veel rupsenkeuteltjes op het strand onder de zeewolfsmelkplant liggen. De rups is al heel groot.

Daarna ga ik vlinders tellen en ben al blij met de kleine vuurvlinder met die blauwe vlekjes. Dat hebben ze niet allemaal.

Er zijn niet veel hommelsoorten, toch is het zo moeilijk om ze uit elkaar te houden. De mannetjes zijn anders dan de vrouwtjes en dan heb je ook nog koekoekshommels, zoals deze gewone.

Grote kegelbij op heelblaadjes.

Heidewielwebspin op boerenwormkruid. Dus ook spinnen kunnen mooi zijn.

Dat snuitje van de weidevlekoog.

Eerst zit de strekpoot met zijn pootjes bij elkaar, zodat hij heel herkenbaar is. Ik heb hem per ongeluk gestoord en nu staat hij op zijn achterste poten, haha! Aan de palpen kan je zien dat het een strekpoot is.

Hoe bijzonder kan een rups zijn. Nu de rups van een witvlakvlinder een stadium verder dan vorige week.

Een (Vlaamse) gaai en niet eens zo schuw.

Duinriet bij de uitgang.

Oostvaardersplassen

Zaterdag 17 augustus 2024
Ik wil naar de Oostvaardersplassen en huur een fiets in Lelystad. Wat een gedoe met die fietspaden daar, links-rechts-links-rechts enz. En op mijn telefoon kijken of ik wel goed ga. Die Zwanenburg ligt in ieder geval op de route.

Bij de Knardijk is wandelpad naar vogelhut De Kluut. Misschien is daar de zeearend te zien. Bij het begin van het pad vliegt een landkaartje en gaat mooi in de zon zitten.

Bij de vogelhut zie ik best veel karpers die steeds even een stukje boven water komen. Verder niets bijzonders. Bij Natuurmonumenten zet ik de fiets neer en ga naar vogelhut De Zeearend. Goed zicht op lepelaars.

Er vliegt nog een kiekendief over, ver weg uiteraard.

Achter op het land komen al meer Heckrunderen tevoorschijn en daarachter een grote groep edelherten.

Het zijn nogal wat lepelaars.

Als ze vliegen zie je goed dat die met zwart aan de vleugels dat dat jonge vogels zijn. Die oranje-achtige eenden zijn casarca’s.

Ik wandel naar vogelhut De Roerdomp. Geen vogel te zien, in de verte links zie je de vogelhut De Zeearend.

Ik loop naar de vogelhut De Schollevaar. Het valt me nog tegen hoe ver dat is. Misschien zit daar nog wat. Niks, wel vind ik een dode mol in het gras zonder kop. Terug naar mijn fiets moet ik tot aan het eind van de sloot teruglopen.

Bij het eind zie ik een paringswiel van lantaarntjes in de bloem van een winde.

Veel rupsen van de dagpauwoog die met gevaar voor eigen leven de paden oversteken.

En dan nog een eind terug fietsen. Nu ga ik ten zuiden van de spoorlijn terug en dat is makkelijker, maar wel saaier. Als ik nog eens ga dan ga ik naar de andere kant van de spoorlijn. Daar zijn veel meer mogelijkheden om te lopen.

Rupsen absintmonnik

Vrijdag 16 augustus 2024
Het is weer tijd voor de rupsen van de absintmonnik. Al snel zie ik ze op de bijvoet op de vlinderroute van de oude spoorlijn.

De tekening van een schaakbordlieveheersbeestje is soms net wat anders dan anders.

Wat een leuk klein boorvliegje. De kleine stervlekboorvlieg.

Denk ik een nimf van de bessenschildwants te zien, is het een nimf van de zuidelijke schildwants. Imago’s daarvan heb ik 10 mei gezien in de duinen.

Ik ben heel wat rupsen aan het tellen van de absintmonnik en zie dan dat er een kleintje op mijn boekje zit.

Hier 2×2 onder elkaar en vaag links nog een.

Sommige zijn wat donkerder.

Allemaal met een roze getekende kop. Ik heb er maar liefst 89 geteld. Nu hoop ik volgend jaar natuurlijk de vlinder te zien.

In het gras op sectie 20 nog een rups van een klein koolwitje.

Wingerd

Dinsdag 13 augustus 2024
De wingerd bij de Vossendel is me niet eerder opgevallen. Nico S. ziet met de app dat het een wingerd is.

Ik doe alleen de laatste secties. Dit jaar meer grote koolwitjes dan kleine.

Af en toe een atalanta.

Een vrouwtje strekspin met een rare vorm, niet zo uitgerekt als een strekspin. Samen met een mannetje.

En op dezelfde sectie (van 50 meter) ook nog een mannetje kroosvlindertje.

Argusvlinder

Maandag 12 augustus 2024
Moerasspirea vorige week nog in volle bloei, nu met vruchtjes en wat zijn ze geinig.

Op de boerenwormkruid zit een bij. Ik hoop altijd nog eens op de wormkruidbij, maar ze zijn niet van zijdebijen te onderscheiden.

Nog een jonge rups van de witvlakvlinder, ik hoop er binnenkort nog een te fotograferen die al verder is. Ze zijn zo leuk.

Oei, een goudoogdaas op mijn arm, gauw een foto voordat ze me te pakken heeft.

Vrouwtje citroenvlinder is wat groen.

O, wow, een argusvlinder en zo mooi vers!

Aan het eind van de vlindertelling nog 2 hele verse kleine vossen.

Omdat het zuidelijke deel weer heel nat is ga ik buitenom met de fiets naar secties 1 en 2. Daar staat heel veel zandambrosia.