Pijlstaart

Donderdag 25 september 2025
Toevallig heb ik mijn fototoestel bij me als ik van badminton door Schoonenberg fiets. Dat doe ik zelden en wat bijzonder dat daar dan net een pijlstaart zit.

Hij is in eclipskleed, dat wil zeggen dat hij in de rui is, dan ziet hij er anders uit dan normaal, mannetjes lijken dan veel meer op vrouwtjes. Of het daardoor ook komt dat de snavel tweekleurig is weet ik niet. Ik vind het heel speciaal.

Eikels

Woensdag 24 september 2025
Voor de verandering ga ik eens wandelen in de Herenduinen. Een grote bonte specht is de takken aan het proberen welke het meest geschikt is of in elke tak zitten weer insecten, dat kan ook.

Er zijn nog nooit zoveel eikels gevallen als dit jaar, wat een massa.

Congeraal

Zondag 14 september 2025
Op Facebook staat een foto van een Portugees oorlogsschip en die wil ik heel graag zelf zien, want dat is wel heel bijzonder. Ik zoek het hele strand af op die plek en verder en loop verschillende keren heen en weer, maar niet gevonden. Ah, de bonte strandlopertjes zijn weer gearriveerd.

Ik denk dat de kokmeeuwen storm helemaal niet erg vinden, kijk ze eens lekker vliegen.

Ook wel vreemd dat er een dode congeraal op het strand ligt. Ze kunnen wel 3 meter lang worden, deze was ongeveer 1,20 meter.

Gister zou het volgende dancefeest op het strand hebben plaatsgevonden, maar dat ging niet door. Het stormde en bovendien was het springtij, daar hadden die sukkels geen rekening mee gehouden. Wel een stuk strand omgeploegd om een dijk te maken tegen het water. Stelletje vandalen.

Kanoet

Maandag 8 september 2025
Afgelopen zaterdag was er een groot succesvol discofeest op het strand. Jammer dat het op het strand moest gebeuren. In Spaarnwoude worden ook steeds dansfeesten gehouden, laten ze daar dan verder gaan, want daar is toch alles al verpest en het is veel beter bereikbaar dan het strand.

Veel grote sterns op het strand, waaronder jonge exemplaren.

Het is altijd een zoektocht waar ik de ringen kan melden van vogels. Van de scholeksters heb ik al eerder melding gedaan en weet ik dus wel.

Op de foto lijkt de kanoet heel wat, maar erg groot is die niet.

Bij het schelpen tellen vind ik een fossiele grote strandschelp. De versere exemplaren zijn veel breder in verhouding.

Rode ogentroost

Maadag 25 augustus 2025
De maandelijkse excursie heb ik een week verzet vanwege Sail-In vorige week. Vandaag weer mooi weer. Met 10 mensen is het net een leuke groep. Ik ontdek een blad met lege eitjes, die zullen wel van de wapendrager zijn. Als je goed kijkt zie je dat er rag overheen gespannen is, dat doen de vlinders o.a. om het waterafstotend te maken.

Het is heel leuk om ze de slanke gentianen te laten zien (ook al was ik er al voorbij gelopen). Rode ogentroost is een laatbloeier en die staat hier volop.

Na de excursie gaan Hanneke, Hanny en ik wat eten bij Driftwood want hierna heb ik de afspraak om schelpen te tellen. Zo leuk als Rien mee is, hij raapt een grote zwaardschede op en wijst er dan op dat de spierindruksel langer is dan het ligament, vandaar dat hij weet dat het de grote is.

Er staan wat grote sterns en visdiefjes op het strand, waarvan één visdiefje aan het pootje baden is.

Een groot muiltje met zeekantwerk en een restant van een kalkkokerworm er op. Bovendien allemaal gaatjes in de schelp.

Dwergbloem

Zaterdag 16 augustus 2025
Op weg naar de pier zie ik dat de Stad Amsterdam in de haven ligt. Vanaf de Dokweg heb ik vrij uitzicht op het schip en het lukt prima met de telelens om een foto te maken.

Er staan hoge golven en aan het eind van de pier sta ik wat beschut achter de vuurtoren.

De omslaande golven vind ik geweldig, vaak met een groenige tint in het water en dan een witte schuimkop erboven.

Zo breed is het strand hier en er is van alles te doen en te beleven. Zoals blokarten, vliegeren, surfen, wandelen en met een bal spelen. Toch is er nog ruimte voor de zeevogels die moeten rusten.

Ik ga nog een stukje het Kennemermeergebied in voor een goede foto van de dwergbloem en dat is prima gelukt met een plantje die net iets groter is dan de andere.

Verhip, hier staan óók bleekgele droogbloemen.

Een variabele oogbladroller zie ik net landen op een blaadje, die vertrekt ook weer snel.

Vlak bij de uitgang spot ik nog een zwartgespoorde metselbij op een braambloemetje.

Karmozijn weeskind

Donderdag 14 augustus 2025
Ik loop de Vossendel alleen, dan let ik nog meer op insecten en ik vind het geweldig als ik puntbijvliegen zie. Een vrouwtje zit stoïcijns op een bloem en daarboven zweven 2 mannetjes die verschrikkelijk hun best doen om gekozen te worden door het vrouwtje.

Op het kale stukje van sectie 19 vliegt een grote rupsendoder en gaat even zitten. Toch wel vreemde wezens met zo’n dunne, lange wespentaille.

Heel toevallig zie ik een vlinder vliegen die op een boom gaat zitten en ik kan hem rustig fotograferen. Heel blij met het karmozijn weeskind.

Aan grote bonte spechten geen gebrek, want die zijn goed hoorbaar met het zacht roffelen. Wel leuk dat ik nog net dat tongetje zie.

Koniks

Maandag 11 augustus 2025
Ik ben lekker aan het fietsen door de duinen en kom langs het Vogelmeer, toch even een kijkje genomen en een vrouwtje kuifeend op de foto gezet.

Ik fiets naar het spoor Zandvoort en keer daar weer om. Bij het Kraansvlak zijn de duinen hoger bij het fietspad en daar bovenop staat een konik.

Hij loopt verder het gebied in, samen met een maatje. Ze hebben er zelf geen erg in wat een mooi gedeelte dit is.

Wijde mantel

Zaterdag 9 augustus 2025
Eindelijk weer wat bijzonders op het strand. Koraalwier vinden we zelden.

Maartje is apetrots dat ze een wijde mantel vindt. Prachtige vondst.

Er staan wat kleine mantelmeeuwen op het strand, herkenbaar aan de knalgele poten.

Rien is vandaag mee en die herkent het onverwacht mosdiertje gelijk.

Vezelwier is ook al bijzonder.

De wolken maken er echt een hele mooie dag van.

Na het koffiedrinken ga ik met Audrey op zoek naar wolfsmelkpijlstaartrups, die we al heel snel vinden. Er zijn er best veel.

Hier in de duinen heb ik al vaker bandgroei van de schermhavikskruid gezien.

De grijze glasvleugelwants is een van de weinige insecten.

We hebben nog gekeken bij de zeealsem, volgende keer nog eens kijken als het in bloei staat. Klein schorrenkruid niet meer kunnen vinden, maar het smal vlieszaad staat er nog volop.

Prachtmot

Donderdag 7 augustus 2025
Audrey en ik gaan de vlinders tellen bij het Kennemermeer. Gelijk bij de ingang zit een aardhommel van de rode ogentroost te snoepen en verzamelt stuifmeel aan haar achterpoten.

Er zijn 2 soorten spitskopjes. Het vrouwtje van het zuidelijk spitskopje heeft een vrij rechte legboor, bij de ander is het wat ronder. Ze hebben wel allebei die enorm lange antennes.

Er zitten heel wat wantsjes van de Nysius-soort op de heelblaadjes.

Nog een wantsje, maar dan een nimf van de grauwe schildwants.

Ach wat jammer. Vrouwtje van de hopwortelboorder hangt in een spinnenweb.

Een gerande spanner komt aanvliegen en gaat ondersteboven hangen.

Parnassia is op kruisbestuiving aangewezen. De eerste dag van de bloei steek 1 helmknop boven de stamper uit, opent zich en het stuifmeel komt op de vlieg terecht die van de nectar drinkt dat zicht onderaan de stamonida bevindt. De helmknop valt af en de helmdraad buigt zich naar buiten. De tweede, derde, vierde en vijfde dag gebeurt hetzelfde. Daarna kan de stamper pas stuifmeel ontvangen van de vliegen die van andere parnassia’s af komen. Op de foto is te zien dat de bloem in het midden boven nog 2 helmknoppen heeft, de andere 3 helmdraden zijn naar buiten gebogen.

Hier ben ik heel blij mee, een prachtmot in het wild.

Mannetje van de gewone prachtwapenvlieg mag er ook zijn.

Zo zit de Metopius-wesp mooi voor een foto en net als ik af wil drukken kruipt ze naar achter.

Sectie 19 is een van de mooiste secties met heelblaadjes en kattenstaart. Zo jammer dat hier met de werkdag al het strooisel wordt neergegooid.

Een langlijfje dat eitjes af zet op munt.

Zo gaaf dat ik ook nog een boomvalk zie.

Droogbloemen

Dinsdag 5 augustus 2025
’s Middags ga ik nog een poging wagen om de slangenarend te zien. Het verbaast me dat ik bij de Leidingweg zoveel bleekgele droogbloemen zie.

Hier heeft het onder water gestaan en moet je nu zien wat een pracht met munt en kattenstaart.

Bij de vogelhut bij het Spartelmeer kijk ik bij de witte abeel wat er nu weer op zit. Het is niet zo’n feest als vorige keer, een luizendoderwesp is het leukst.

Een stuk over het pad daar gewandeld met indrukwekkende wolkenpartijen.

En weer terug langs het Vogelmeer. De kuifeend zit er nog met haar pulletjes.

Het pulletje van de geoorde fuut is wat groter geworden, maar bedelt nog steeds om eten.

Koningshof

Maandag 4 augustus 2025
Voordat ik op weg ga naar Koningshof zie ik nog een musje in mijn sering.

En een watersnuffel op de muur.

De bladeren van de kastanje zijn verkleurd, dat kan best komen door de kastanjemineermot.

Door een spiegeltje onder de hoed van de panteramaniet te leggen kunnen we ook de onderkant bekijken.

De satijnen knoopjes van de knoopjesgalwesp zijn te klein om aan een blouse te naaien, maar anders …

Heldergeel is de narcisamaniet.

Iemand geeft mij de valse hanenkam, nu kan ik de onderkant goed bewonderen.

Een knikkergal en ananasgal, maar de ananasgal kan net zo groot worden.

Van gewoon thujamos had ik nog nooit gehoord, Marja weet dat natuurlijk wel.

Net als de paardenhaartaailing, die op dennennaalden kan groeien.

Nog een in het oog springende gal: van de springende helmkruidgalmug.

Rozenblaadje

Dinsdag 29 juli 2025
’s Morgens ga ik een poging wagen om de slangenarend te zien, daarbij kom ik langs een kudde koniks, met een paar paarden weerspiegeld in het water.

Op het weggetje waar de slangenarend eventueel te zien zou kunnen zijn zie ik wel een gekraagde roodstaart, ook een mooie vogel.

’s Middags tel ik vlinders met Audrey bij de Vossendel. Wat hartstikke leuk dat ik daar een rozenblaadje zie op koninginnenkruid.

De rozenmosgalwesp veroorzaakt zo’n gal in rozenplanten.

Bij deze boleet heb ik aan de lamellen gekrabd en als het dan blauwachtig wordt is het de roodsteelboleet.

Nog meer paddenstoeltjes: de gekroesde fopzwammen.

De gevlekte eikencicade is een leukerdje.

Handstand van de bruinrode heidelibel.

Vroege eekhoorntjesbrood die een diepe buiging maakt.

Er zitten wel heel erg veel peulen aan de Robinia.

We fietsen terug naar de Heerenduinen en komen langs glad parelzaad.

Daarop zit een oude bekende, de koolwants, die zag ik vroeger veel vaker, nu bijna niet meer

Grauwe klauwier

Dinsdag 15 juli 2025
Nou, ik waag het er op om de Cremermeerroute te lopen. Hier zal ik mijn laarzen hard nodig hebben, maar het lukt.

Bij sectie 1 en 2 staan aan beide kanten Schotse hooglanders, waar ik dus tussendoor ga. Alleen staan ze zo te loeren dat ik het niet waag om daar terug te gaan en nu moet ik over de hoge duinen een weg banen om naar sectie 3 te komen. Mijn hemel, waar ben ik aan begonnen. Bij de ronde plas in het midden moet ik zijn en daar staan allemaal duindoorns voor, maar het lukt uiteindelijk wel.

Mijn geploeter wordt beloond door het zien van een vrouwtje grauwe klauwier.

Dubbele beloning: het mannetje zit er ook. Soms heb ik echt geluk.

En 19 dagvlinders is nog niet eens zo gek voor 10 secties (sectie 4 is dichtgegroeid). Oeps, 9 secties, want ik ben sectie 7, de heuvel op naar het strand, vergeten.

Grauwe vliegenvanger

Maandag 14 juli 2025
Het is een spinnetje van niks, toch is het de grote staetoda in de badkamer.

Ik ga kijken bij de Cremermeerroute of ik daar al doorheen kan komen. Eerst stop ik even bij het bankje van het Cremermeer en daar sluipt een rups van de kleine hageheld.

Er staat nog water genoeg voor de Schotse Hooglanders om in te badderen.

Bij sectie 6 staat greppelrus in bloei, hoe prachtig is dat.

Echt een schoonheid.

Hier gaat sectie 6 over in sectie 5. Hoeveel kleuren groen kan je hebben!

Na sectie 5 kan ik niet verder omdat ik geen laarzen aan heb, dus morgen met laarzen proberen. Ik denk dat de grote zilverreigers hier gebroed hebben.

Op de terugweg stop ik weer bij het Cremermeer, daar zitten veel meerkoeten. Bovendien grauwe ganzen en die komen net mijn kant op.

Als ik in de Heerenduinen fiets zie ik een grauwe vliegenvanger, wow, dat is leuk.

Helemaal geweldig als hij zich steeds goed laat zien bovenop een takje.

Er komt een zuringspanner aan vliegen, die gelukkig gaat zitten en nog wel met de vleugels wijd zodat de ondervleugels ook te zien zijn.

Naar de uitgang toe valt de vrij witte buizerd op een tak op.

Ik vermoed dat het een jonge buizerd is.

Gele klitboorvlieg

Zaterdag 28 juni 2025
Vandaag is er een excursie in de Haarlemmer Hout. Het is heerlijk weer en dit keer kan ik het makkelijk vinden. Ik vind een tak van de tamme kastanje en vraag me af, wat het precies is, dus opgezocht. Het zijn de knopjes en hier komen de bloemetjes uit.

Op de bladen van de linde zitten lindehoorntjesmijtgallen.

Honderden vuurwantsen en wantsjes op de grond.

Gelukkig loop ik met de anderen mee, want glaskruid zou ik zelf niet herkennen.

De speerdistel is het speelterrein van de donkere klitboorvliegen, maar er is ook een gele klitboorvlieg.

Vorige week zag ik jonge ooievaars in Bloemendaal, nu heb ik mijn telelens bij me en ga ik er weer langs. Er zijn 2 jonge ooievaars, ze zijn flink aan het eten. Ligt er nou een dood dier aan de rechter kant van het nest?

Terwijl ik sta te fotograferen komt er een kraai al dichterbij.

Ik ga een eindje naar links, misschien heb ik daar beter zicht, maar dan is vader of moeder weggevlogen, die loopt weer naar een nieuwe voorraad voedsel te zoeken in het weiland.

Blauwborst

Dinsdag 17 juni 2025
Met Audrey ga ik vroeg op pad (voor mijn doen) om naar haar hagendissengebied te gaan. Voordat we daar zijn wordt er al van alles bewonderd langs het fietspad, zoals de bleekgele droogbloemen en het strandduizendguldenkruid.

Paar bloemetjes van sierlijk vetmuur, ook wel krielparnassia genoemd.

De bokkenorchissen langs de Heerenduinweg waren allemaal zo goed als verdroogd, deze bij het Vogelmeer staat er nog florissant bij.

We hebben onze fietsen neergezet en gaan het gebied van de Hazenweide in. Op een droog zandstukje dacht ik een sluipwesp te zien, het is echter een sluipvlieg (Cylindromyia brassicaria), best groot.

Wow, zoveel duinparelmoervlinders als hier vliegen, geweldig.

Een paar blauwborsten zien we eerst bij een klein watertje tussen de plantjes. Gelukkig zit er even later een vlakbij ons te zingen.

Vreemd, er bestaat dus ook gele liguster.

Bastaardzandloopkevers genoeg: zij maar rennen, terwijl hij er bovenop wil springen.

Bij de bremrapen moeten we altijd kijken bij welke plant hij staat, dit is dus een bitterkruidbremraap.

Nog een duinparelmoervlinder omdat ik ze zo prachtig vind.

We gaan wat hoge heuvels over en in een dal weet Audrey een lijstersmidse. Heesterslakken en segrijnslakken, maar geen wijngaardslakken, zouden die te groot zijn?

Omdat graspiepers zo mooi blijven zitten zijn ze makkelijk te fotograferen.

Stalkruid

Zondag 15 juni 2025
Met Audrey ga ik naar het Kennemermeer gauw naar het zoutgras kijken, zodat we dat morgen kunnen laten zien, want hierna gaan we schelpen tellen, dus voor ons doen moeten we opschieten. Bij het parkeerhok kunnen we maar 2 bijenorchissen vinden.

Daar staat ook kruipend stalkruid.

Een fitis of tjiftjaf laat zich even zien.

Best moeilijk om rupsen uit elkaar te houden, na lang zoeken houd ik het op de rups van een nunvlinder.

We zijn keurig op tijd bij het strand. De natuur blijft ons verbazen, hoe kan een goudkammetjesworm zo’n perfect kokertje maken van zand.

Stevige strandschelpen vind ik zelden op het strand en hier heb ik zelfs een dubbele, met een Amerikaanse zwaardschede erin.

Insectenwalhalla

Vrijdag 13 juni 2025
Op weg naar de bijeneters hoor en zie ik een leeuwerik, net nu hij goed voor de foto zit is mijn batterij leeg. Gauw een verse in mijn fototoestel gezet, wel een foto kunnen nemen, maar helemaal tussen het gras en daarna vloog hij weg. Na het Vogelmeer had ik met Audrey een tijdje geleden een bokkenorchis gezien en die staat nu mooi in bloei.

Waar de bijeneters vorige keer zaten, daar zijn ze denk ik weg. Ook bij de vogelhut van het Spartelmeer zie ik niets. Toch kan ik daar volop genieten van allerlei insecten die op een jonge witte abeel zitten. Zoals een kleine populierenboktor.

Een vrouwtje hongerwesp heeft een legboor.

Natuurlijk ontbreekt die bij het mannetje.

Pfoe, wat zijn die runderdazen groot.

Het ziet er niet uit, die dikpootwesp.

Onbegrijpelijk dat die sluipwespen hun achterlijf niet verliezen met zo’n ontzettend dunne wespentaille.

Het rood guichelheil staat er florissant bij langs de Ezelweg.

Kortteenleeuwerik

Woensdag 4 juni 2025
In mijn tuin staat duinriet, dat vind ik wel leuk, alleen zie ik bij het invoeren in waarneming.nl van deze plant die bij het parkeerhok van het Kennemermeer staat, dat het nogal flink kan uitbreiden.

Wat een bloemetjes heeft de vlier.

Ik loop in mijn eentje vlinders te tellen en kom een jongen tegen die zegt dat er een kortteenleeuwerik in het havengebied zit. Die is heel zeldzaam, alhoewel ik hem al eens op de foto heb gezet, maar ik ga toch kijken. Een handjevol vogelaars staan te kijken, maar niet meer in het vizier. Omdat ik hier nu toch ben ga ik naar het hazenstaartje op zoek en die is snel gevonden. Ook hartstikke leuk.

De vogelaars hebben de vogel in het oog, maar is toch moeilijk te zien. Waar is de vogel? “Daar tussen de lupines.” Huh lupines? Dat is slangenkruid. Tja, daar sta ik dan tussen de soortenjagers, het is niet mijn idee van natuurbeleving. Maar goed, dan weet ik dat voor de volgende keer. Ik fotografeer hem als ik hem zie en ga verder met mijn vlinderroute.

Even ruiken aan de blaadjes van de roos, ja hoor, het is een egelantiersoort, want het ruikt naar appeltjes.

Tja, een gal van een wollige peenluis verwacht ik niet op een populier en helemaal niet als ik denk dat het berkenblaadjes zijn, ik moet toch echt beter bij de les blijven.

Het zilveren fluitje is een vaste gast hier.

Zoutgras

Zondag 1 juni 2025
Omdat we gister alleen op de telsecties hebben gelopen bij het Kennemermeer gaan Audrey en ik vandaag nog eens naar de planten verderop kijken. We ontmoeten elkaar op de parkeerplaats, waar een zilvermeeuw voor nestmateriaal zorgt.

Kropaar staat in volle bloei.

Een muntvlindertje is niet bijzonder.

Wel zeldzaam is stippelzegge.

Duinfakkelgras komt alleen in de duinen voor.

Mensen willen soms niet geloven dat dit strand is geweest, maar dan kan ik ze wijzen op de strandpalen die er nog staan.

Zo bijzonder is de kleur van een steenrode orchidee.

Veenpluis is het mooist als het wappert in de wind.

Typisch een moerasvaren.

Echte koekoeksbloem.

Wonderbaarlijk schorrenzoutgras.

Ha, de bijenorchis in het gebied teruggevonden.

Rups van de Sint Jansvlinder.

Distelboktorren

Zaterdag 31 mei 2025
Als Audrey en ik een beetje doorlopen kunnen we eerst vlinders tellen bij het Kennemermeer voordat we naar het strand gaan voor de schelpeninventarisatie. Toch onderweg een paar foto’s gemaakt, o.a. het grote populierenhaantje die het pluis van de paardenbloem op zoekt.

Ik kan niet genoeg krijgen van die bloeiende bevertjes.

Een kleine parelmot op een uitgebloeide bloem van zilverschoon.

Wow, die kleuren van het Icarusblauwtje op oranje havikskruid.

Bij het eind van de secties zie ik toevallig ook nog 2 distelboktorren.

Dan gauw door naar het strand. Het is weer tijd voor de eitjes van de gevlochten fuikhoren. In elk ‘urntje’ kunnen wel 300 eitjes zitten, toch vinden we relatief weinig gevlochten fuikhorens op het strand.

Een rare anemoon met gorgelpijppoliep er aan.

Gorgelpijp met rechts in het midden een heel klein zeesterretje.

Veelvertakt pluimwier in een otterschelp.

Het schild van een net vervelde strandkrab voelt heel zacht.

Als laatste nog een zandspiering.